Liefde voor Muziek/Plaatwaarde: Let's Dance van David Bowie
- Fragmenten
- Liefde voor Muziek/Plaatwaarde: Let's Dance van David Bowie
In Plaatwaarde bespreekt lp-kenner Marjolein van Dam deze week een bijzondere lp. Deze week: Let’s Dance van David Bowie.David Bowie was de man van de transformaties. Niet alleen qua uiterlijk, maar ook op muzikaal gebied vernieuwde hij zich eens in de zoveel tijd. Zo ook in 1983 als hij het album Let’s Dance uitbrengt. Na een ietwat donkere jaren 70, waarin hij zijn Berlijnse trilogie Low, Lodger en Heroes uitbrengt, komt hij in 1980 met het toegankelijkere Scary Monsters. Blijkbaar bevalt deze ingeslagen weg goed, want in 1983 breekt zijn plaat Let’s Dance al zijn voorgaande verkooprecords. Wereldwijd worden er ruim 10 miljoen exemplaren verkocht.Met de plaat, die is geproduceerd door Nile Rodgers van de discogroep Chic, omarmt Bowie het typische jaren 80-geluid en weet hij een heel nieuw, jong publiek aan zich te binden. Vooral de nummers Let’s Dance en China Girl doen het goed in de hitlijsten en groeien uit tot Bowie-klassiekers.Hoewel Let’s Dance hem dus veel oplevert, gaat er volgens Bowie ook veel mee verloren. Voor hem is 1983 ook het jaar waarin zijn creativiteit een dieptepunt bereikt. De twee andere albums die hij later in de jaren 80 (Tonight en Never Let Me Down) uitbrengt behoren volgens Bowie zelf tot de slechtste en minst onderscheidende albums die hij tijdens zijn carrière heeft gemaakt. De zanger duidt de periode van weinig creativiteit destijds aan als zijn Phil Collins-jaren.Let’s Dance markeert ook een kantelpunt in zijn relatie met producer Tony Visconti, met wie hij onder andere zijn beroemde Berlijn-albums maakte. Visconti was in eerste instantie gevraagd om ook Let’s Dance te produceren, maar als de eerste opnamedatum dichterbij komt, ontdekt Visconti dat Bowie al weken aan het opnemen is met Nile Rodgers. Dat zet kwaad bloed, waardoor de twee heel lange tijd niet meer samenwerken. Pas in 2003 pakken zij de draad weer op.