Liefde voor Muziek: Barry Manilow
- Fragmenten
- Liefde voor Muziek: Barry Manilow
Barry Manilow, geboren als Barry Alan Pincus op 17 juni 1943 in Brooklyn, New York, is een beroemde Amerikaanse zanger, liedjesschrijver, muzikant en muziekproducent. Hij staat vooral bekend om zijn pop hits uit de jaren 70 en 80, waaronder "Mandy", "Can't Smile Without You" en "Copacabana (At the Copa)".
Barry Manilow groeide op in een arme Joodse familie in Brooklyn. Zijn ouders scheidden toen hij nog jong was en hij werd voornamelijk opgevoed door zijn moeder en grootouders. Van jongs af aan was hij geïnteresseerd in muziek en begon hij al op jonge leeftijd piano te spelen.
Manilow begon zijn carrière in de muziek als een commerciële jingleschrijver. Zijn talent voor het creëren van pakkende melodieën leverde hem snel erkenning op in de reclame-industrie. Hij werkte voor bedrijven als State Farm, McDonald's en Band-Aid.
Zijn grote doorbraak kwam in 1974 met de hit "Mandy", die de nummer één positie bereikte in de Billboard Hot 100. Dit was het begin van een reeks van succesvolle singles en albums. Manilow's muziekstijl, gekenmerkt door emotionele ballads en opgewekte popnummers, sprak een breed publiek aan en maakte hem tot een van de best verkopende artiesten van zijn tijd.
Gedurende de jaren 70 en 80 bracht Manilow verschillende succesvolle albums uit, waaronder "Barry Manilow II", "Even Now" en "One Voice". Hij ontving tal van prijzen en onderscheidingen, waaronder Emmy Awards, een Grammy Award en een speciale Tony Award voor zijn bijdrage aan de muziek.
In de latere jaren van zijn carrière bleef Manilow optreden en nieuwe muziek uitbrengen. Hij was actief in het theater, werkte aan Broadway-producties en bleef wereldwijd toeren. Zijn concerten trokken nog steeds grote aantallen fans, die zijn tijdloze hits wilden horen.
Barry Manilow hield zijn privéleven lange tijd uit de schijnwerpers. In 2014 trouwde hij met zijn manager, Garry Kief, waarmee hij al meer dan 30 jaar samen was. Dit huwelijk werd pas later openbaar gemaakt, waarbij Manilow zijn dankbaarheid uitte voor de steun van zijn fans.