Steely Dan - Biografie

Fagen en Becker

Steely Dan wordt opgericht door Donald Fagen en Walter Becker. Ze studeren beide aan de Bard universiteit en komen erachter dat ze een gedeelde liefde voor jazz, pop, blues, en R&B hebben. Ze beginnen samen nummers te schrijven en voeren deze uit met verschillende bands. In 1969 hebben besluiten ze hun nummers professioneel aan de man te gaan brengen. Steely Dan

Ze komen uiteindelijk terecht in de band van Jay And The Americans en toeren door de VS. In 1971 gaan ze aan de gang als songwriters in Los Angeles. Ze schrijven popnummers, maar proberen ondertussen ook een eigen band op te richten. Dit lukt, en in 1972 brengt de band het album Can't Buy A Thrill uit. De band noemt zich Steely Dan, de naam van een vibrator  uit het boek 'Naked Lunch' van William Burroughs. 

Toeren

De band bestaat naast Fagen en Becker uit gitaristen Denny Dias en Skunk Baxter, drummer Jim Hodder, en toetsenist/zanger David Palm. Het album doet het goed in de verkoop, maar de band krijgt veel kritiek over hun optredens. Ze zijn het live spelen niet gewend en hierdoor keert het publiek zich snel tegen de band. De opvolger, Countdown To Ecstasy, ontvangt goede kritieken, maar de verkoopcijfers vallen tegen.

Rikki Don't Lose That Number

Drummer Hodder wordt vervangen door Jeff Pocaro en vlak voor de opnames van het album Pretzel Logic wordt toetsenist Michael McDonald bij de band gehaald. Het album brengt de single ‘Rikki Don't Lose That Number’ voort die in Nederland de top-20 haalt. De band besluit na de promotietoer voor Pretzel Logic te stoppen met toeren en enkel een studioband te worden. 

Albums

Voor het album Katy Lied gebruikt de groep een aantal verschillende studiomuzikanten. The Royal Scam is de opvolger van Katy Lied en brengt verder geen verassingen. Beide platen verkopen goed, maar Steely Dan vervalt niet in herhaling. In 1977 komt het album Aja uit. De band brengt op deze plaat veel jazzinvloeden en de reacties zijn zeer goed. De plaat wordt het best verkopende Steely Dan album. Vervolgens wordt het door enkele problemen met de platenmaatschappij vrij stil rond de band, pas aan het einde van 1980 komt de band met een nieuw album, Gaucho. Dit album blijkt ook weer een succes. In 1981 gaat de groep uit elkaar, Fagen en Becker brengen solo-albums uit en treden ook samen op. In 2000 verschijnt er weer een nieuw album, Two Against Nature, en gaan ze voor het eerst in jaren weer op toernee. In 2003 verschijnt het laatste album Everything Must Go.