Gevonden: tante Ietje

We vinden tante Ietje in Rozenburg, op slechts korte afstand van Rina. Ze is 80 jaar en heeft zich ook zo dikwijls afgevraagd hoe het met Rina zou zijn. Ze startte zelfs een zoektocht, maar kwam niet verder. Dat Rina zich nu meldt is voor haar een welkome verrassing. Ze komt aan de lijn om kort met Rina in de uitzending te spreken. Rina kan haar tranen nog net bedwingen en zegt voorzichtig ‘Goedendag’ tegen haar tante: “Klopt het dat ik vroeger op mijn brommer bij u langs ben geweest?” Tante Ietje vertelt dat zij zich dat ook nog herinnert. Ze zou Rina graag weer zien: “Gaat alles goed met je, Marina?” Binnenkort gaat Rina met haar man langs bij tante Ietje om alle foto’s van vroeger te laten zien en elkaar na al die tijd weer te zien en te spreken.

Het verhaal

Rina groeit op in Den Haag. Haar ouders scheiden als ze acht jaar is, en ook haar opa en oma scheiden al vroeg in het leven. “Mijn vader zijn eigen ouders zijn ook na een paar jaar uit elkaar gegaan. Mijn opa, Jan Bos, liet oma in 1933 achter met vijf zoons en startte een tweede leven met een nieuw gezin in Veendam.” Het is de dochter uit deze tweede relatie van opa met Maria Hendrika Nuijen waar Rina naar op zoek is. Ze heet Ietje Bos of Nuijen en is geboren rond 1935.

Rina heeft haar tante een paar keer gezien. Ze staat op de foto van haar ouders huwelijk en Ietje is een paar keer op visite geweest in de tijd dat haar ouders nog samen zijn. Ook na de scheiding ziet ze haar nog. “Als meisje van 16 had ik een brommer gekocht en ik wilde die brommer inrijden. Toen zei mijn moeder: ‘Waarom rijd je niet eens naar tante Ietje toe?’ En toen ben ik van Den Haag met de brommer naar Rotterdam gereden. Daar ben ik met de pont naar Oostvoorne gegaan.” Rina weet niet meer precies waar in Oostvoorne haar tante toen woonde. “Volgens mij was ze toen getrouwd en had ze twee kinderen.” Daarna gaat Rina haar eigen leven leiden en denkt niet meer zoveel na over de familie. Nu denkt ze vaak terug aan haar tante en wordt ze nieuwsgierig.” Ik wil graag weten hoe het met haar gaat en of ze me ook meer kan vertellen over mijn opa.”

Van de vijf broers is haar Rina’s vader Marinus de enige die contact blijft houden met zijn vader nadat die het gezin heeft verlaten. “Mijn ouders zijn ooit in Veendam geweest bij mijn opa, want daar heb ik een fotootje van.” Op internet vindt Rina de grafsteen van opa en zijn tweede vrouw. “Volgende week ga ik daar naar toe om het graf te zoeken.” Ze wil bij het graf flessenpost achter laten. “Hopelijk komt er dan een keer familie bij het graf en nemen ze contact op met me.”