Gevonden: eerste liefde Joke Bosmeier

We worden getipt dat Joke’s broer in Amerika woont en krijgen een e-mailadres. Via hem wordt Joke meteen ingeseind en ze meldt zich verbaasd bij ons: “Word ik gezocht? Ik ben heel nieuwsgierig door wie ik gezocht word.” Wanneer we haar vertellen dat het gaat om Arie Kars is ze enthousiast: “Echt waar? Dat meen je niet?” Ze snelt naar de studio om Arie na al die jaren weer te ontmoeten. Wanneer ze elkaar zien, moeten ze allebei bekennen dat ze elkaar niet herkennen. Ze kijken en elkaar aan en vervallen in stilte: “Ik heb zoveel vragen”, zegt Joke. Ze vertelt dat ze Arie’s foto’s van vroeger ook heeft weggegooid, vanwege haar liefdesverdriet. Na de uitzending praten ze nog lang na. Er wordt heel wat afgelachen en ze gaan contact houden.

Het verhaal
Arie leert Joke in 1964 kennen bij dansschool Jan Daniëls in de Reguliersdwarsstraat in Amsterdam. Arie is vijftien jaar en ontmoet haar op een avond als hij met zijn zus naar dansles gaat. “Ik zag haar zitten en toen was ik eigenlijk meteen verkocht!” Ze hebben een leuke verkeringstijd samen. Ze komen bij elkaars familie over de vloer en gaan samen op vakantie naar Joegoslavië. Na anderhalf jaar gaat de verkering uit. De reden: Joke correspondeert met een zeeman. “Dat had ze nooit gezegd tegen me en dat vond ik erg naar. Ik werd wel jaloers toen ja. Ik vond dat nogal een geheim.”

Arie maakt het dus uit met de boodschap dat het gedaan is en dat ze ieder hun eigen weg moeten gaan. Joke haar hart is gebroken. “Het mijne ook trouwens.” Arie brengt Joke nog wel thuis nadat hij het heeft uitgemaakt. “Ik had nog helemaal geen rijbewijs, maar mijn vader en moeder waren niet thuis en toen heb ik het busje van mijn vader gepakt en heb haar toen naar huis gebracht. Toen heb ik nog op mijn donder gehad van mijn vader dat ik het busje gebruikt had.” In de bus huilt Joke tranen met tuiten. “Ik heb me groot gehouden en hield de mijne binnen.” Daarna hebben de twee elkaar nooit meer gezien. “Ik heb spijt dat ik dat op deze manier gedaan heb. Nu ik ouder ben denk ik dat zou ik nu niet meer zo doen.”