Adres Onbekend
KRO-NCRV

Terugblik: halfbroer Walter

  1. Nieuwschevron right
  2. Terugblik: halfbroer Walter

“Ik wil mijn hoofd op je schouder leggen”

Onze verslaggever Amy reist met Jon af naar Nijmegen om zijn halfzus Elli voor het eerst te ontmoeten. Voor beiden is het spannend. Elli woont in Nijmegen en samen met haar zus wacht ze Jon op. Hun eerste ontmoeting voelt meteen zo vertrouwd dat ze al afspraken hebben gemaakt om elkaar weer te zien. Met z’n tweeën brengen ze hun eerste uren samen door op de bank: “Het voelt goed. Ik zou nu zelfs mijn hoofd op je schouder willen leggen, Jon.” Jon en Elli kunnen nu nog opbouwen wat ze samen nooit eerder hebben kunnen meemaken. Hopelijk brengt het hen nog veel goeds!

De week daarvoor:
We duiken de archieven in voor Elli en ontdekken dat haar vader Dick Walter niet meer leeft. Hij is overleden in 2004. Hij liet een zoon na. De vermoedelijke halfzus blijkt niet te bestaan. De enige zoon van Dick krijgen we te spreken. Hij reageert verbaasd: “Een halfzus? Ik heb nooit van haar bestaan geweten!” Ondanks dat wordt zijn nieuwsgierigheid getriggerd. Hij belt al enkele keren op: of hij zijn halfzus toch zo snel mogelijk mag spreken en dus verrassen we Elli per telefoon: “Ik vind dit geweldig!” Elli’s halfbroer vertelt dat hij een lieve vader heeft gehad en dat hij heel veel over hem kan vertellen aan Elli. Hij hoopt haar gauw te zien. Volgende week meer!

Het verhaal
Elli wordt in 1953 geboren. Haar moeder, Annie (Ans) van Eis is dan getrouwd met meneer Groenenberg. Op papier is hij dus de wettelijke vader van Elli, maar na haar geboorte volgt al snel een scheiding. Elli woont de eerste vier jaar wisselend bij haar moeder en in kindertehuizen. “Mijn twee zussen waren toen al in een pleeggezin geplaatst en daar kwam ik een jaar later ook.” Elli voelt zich altijd al anders dan haar twee zussen. “Ik was de vreemde eend in de bijt. Mijn zussen deden de huishoudschool en ik ging naar de grafische school.” Ook zet Elli zich eerder af tegen dingen. Op de grafische school gaat ze veel om met jongens. “Ik wilde niet meer de jurken van mijn zussen dragen, dus ik leende de broeken van mijn pleegbroer.”

Vijftien tot twintig jaar geleden hoort Elli van haar moeder dat vader Groenenberg niet haar biologische vader is. “ Ik kreeg toen de bevestiging van wat ik via ooms en tantes al eerder hoorde, dat ik een andere vader heb dan mijn twee zussen.” Moeder Annie vertelt dat ze haar biologische vader Dick Walter in Haarlem ontmoet bij de fabriek waar hij toen werkte. “Ze vertelde me ook dat hij al twee kinderen had, een zoon en een dochter. Dat meisje heet net als ik Elisabeth en we schelen maar een paar maanden.” Dick Walter moet weten dat Elli is geboren. “Toen ik een maand of zeven was zat ik bij mijn moeder achterop de fiets en is ze naar hem toe gefietst om mij te laten zien.”

(foto: moeder Ans, achteraan, met haar twee zussen)